LEIDEN – Nee, er werd geen traan geplengd, donderdagavond in de Vijf Meihal. Want hoewel er tientallen mensen in de zaal zaten, die de opening van de hal 42 jaar geleden hebben meegemaakt, was er geen ruimte voor sentimenten op de avond dat Zorg en Zekerheid Leiden de zaal op waardige wijze op slot deed.

Dat gebeurde via een zeer duidelijke overwinning op De Friesland Aris. Het werd 88-49 en daarmee kwam de ploeg uit Leeuwarden eigenlijk nog redelijk weg. Het is dat Toon van Helfteren zijn basisspelers wat wilde sparen voor de topper tegen GasTerra van zaterdag, want anders was het vermoedelijk niet bij een verschil van 39 punten gebleven.


De – met respect – tweede garnituur mocht de laatste ballen door het netje gooien in de ‘oude’ hal en voor wat het waard is: de allerlaatste kwamen op naam van Terence Robinson met een driepunter. Het was één van de weinige leuke momenten in het vierde kwart, waarin een levensgrote nachtkaars geparkeerd stond aan de rand van het veld en waarin ruim drie minuten moest worden gewacht op de eerste score. Die was van Terry Sas, die even later een driepunter zou maken, één van de negen op de Leidse productiestaat.


Wedstrijden tussen Zorg en Zekerheid Leiden en De Friesland Aris zijn over het algemeen best aardig. Eigenlijk gebeurt er altijd wel iets. Dit keer was het anders tegen de ploeg, die weleens de tegenstander van Leiden zou kunnen worden in de eerste ronde van de play-offs.


Daar is Leiden overigens nog niet mee bezig. Eerste doelstelling is voorlopig om ongeslagen te blijven in het laatste kwart van de competitie en vooral om GasTerra Flames duidelijk te maken, dat een nieuwe titel niet zó maar voor het oprapen ligt.


Evenals het duel tegen Rotterdam van vorige week zaterdag duurde de wedstrijd tegen De Friesland Aris eigenlijk maar vijf minuten. Toen al stond er een stand van 16-4 op het scorebord en had Leeuwarder coach Pete Miller reeds een technische fout te pakken. Zijn verbale verweer tegen een aanvallende fout leek overigens wel terecht, dat tegen een terugspeelsituatie niet, omdat de bal weliswaar via McGhee over de middellijn ging, maar de Leidse Amerikaan geen balbezit had en dat nu eenmaal een voorwaarde is...


Maar de toon was daarmee wél gezet. Miller hield niet meer op om vooral in gebaar duidelijk te maken, dat hij het niet eens was met arbitrale beslissingen. Misschien was de soms terecht, maar waar ging het over? De wedstrijd was na het eerste kwart (25-9) gespeeld en het verschil liep gestadig op in de richting van veertig punten. Dan heeft het geen pas om te blijven protesteren.


In het tweede kwart, met een paar heerlijke acties van Worthy de Jong, voegde Zorg en Zekerheid Leiden nog eens 27 punten aan het totaal toe en dat was ook precies het verschil bij de rust: 52-25.


In zo’n situatie kun je in de kleedkamer nog wel tegen je spelers aanpraten, maar meer dan hun best kunnen ze niet meer doen. Aan winnen hoeft niet meer te worden gedacht. En dat was eigenlijk in meerdere opzichten jammer. Het publiek zag de wedstrijd doodbloeden en in het veld werd het gestadig harder en soms onvriendelijk. Dat laatste is zacht uitgedrukt voor de dubbele overtreding, die Gerard Punch in het begin van het derde kwart begin. Hij werd echter niet bestraft. Hij vloerde bijvoorbeeld De Jong, die vervolgens naar de kant moest met een pijnlijke knie, waarvan hij toch al wat last had. Hij kon later gelukkig weer spelen, maar toch...


Nee, het werd er in de tweede helft niet echt leuker op. Bij Leiden ebde de concentratie weg, hetgeen bijvoorbeeld tot uiting kwam bij de vrije worpen. Daarvan werden er in de tweede helft negen van de veertien gemist, waardoor het wedstrijdpercentage uitkwam op een beschamende 45 procent.


Niet dat het veel uitmaakte bij zo´n enorm verschil, maar het zei wél iets over de wedstrijd, die vooraf werd gegaan door een minuut stilte in verband met het overlijden van oud-topscheidsrechter Piet Leegwater en waarvan de rust werd opgevrolijkt met de huldiging van Leiderdorp, de kampioen en bekerwinnaar bij de vrouwen.


Daaruit bleek maar weer een hoe dicht verdriet en vreugde bij elkaar kunnen liggen. Net zo dicht eigenlijk als een leuke en een saaie helft in een basketballwedstrijd...


JAN VAN DER NAT
FOTO’S: RICHARD KOOLEN


Meer nieuwsberichten