Bericht
Vrije worpen grote klasse
WEERT - Het ooit zo beruchte vrije-worpensyndroom van Zorg en Zekerheid Leiden eindigde dinsdagavond 'definitief' in Weert, waar een volgende scalp aan de tooi werd gebonden: 74-84.
Drie seizoenen lang had Zorg en Zekerheid Leiden vaak veel moeite met vrije worpen. Dit seizoen gaat het sowieso een stuk beter, maar in Weert was de ploeg bijna perfect. Van de 26 stuks vielen er 24 binnen tegen het prachtige percentage van 92.3.
Overigens is dat geen clubrecord, want in januari van dit jaar schoot Leiden 22 op 23 in de uitwedstrijd tegen Amsterdam (95.6%). Twee keer eerder dit seizoen werden er ook 24 vrije worpen gemaakt, maar in Leeuwarden en Den Bosch waren daar respectievelijk 35 en 36 pogingen voor nodig. Het hoogste aantal gemaakte vrije worpen ooit staat op 29 (op 43) en dateert van 8 december 2007 tegen Rotterdam. Daarnaast zat het totaal aantal rebounds (53) dicht tegen het clubrecord aan van 56 (3 oktober dit jaar in Leeuwarden).
Op de 'charity stripe' lag het belangrijkste verschil met de thuisploeg. Upstairs verzilverde er slechts 13 van de 28. Zorg en Zekerheid had de scores vanaf de lijn nodig, want de scherpte was een stukje minder dan afgelopen zaterdag in de thuiswedstrijd tegen Matrixx Magixx. 'Met name de drie Amerikanen moesten natuurlijk weer veel minuten maken en dan is het logisch dat het wat minder gaat', concludeerde Toon van Helfteren na afloop.
Danny Gibson oogde wat mat en had met name vanuit driepuntsland het vizier niet op scherp staan. Zes van de zeven schoten van down town gingen mis. Zeven op negen vrije worpen (LeMelle met 7/7 en McGhee met 8/8 waren perfect) maakten echter behoorlijk wat goed.
Voor Toon van Helfteren had het veel weg van een schaakwedstrijd. Dat kwam vooral door de persoonlijke fouten, die in de tweede helft even uit de hand dreigden te lopen. Jeroen Slor en Johan Kuijper (foto) kwamen op vier, waarbij de prijs van het Grote Onrecht naar Leidens langste man ging.
Zijn eerste was er geen, de tweede werd gemaakt door LeMelle, de derde door Slor en de vierde was een technische, omdat hij - begrijpelijk bij zo veel onrecht - zijn mond niet kon houden tegen de arbiters.
Zorg en Zekerheid Leiden begon lekker aan het duel. De eerste drie aanvallen leverden punten op en dat betekende onmiddellijk een 2-7 voorsprong. Maar het antwoord van Upstairs kwam snel. Calvin Walls, die pas zijn tweede wedstrijd speelde voor de Noord-Limburgers, trok de thuisploeg naast Leiden, waarna het gelijk op ging tot aan het einde van het eerste kwart: 22-24.
Het begin van de tweede tien minuten was al net zo sterk als de start van de wedstrijd. Scores van Ronny LeMelle, de sterk spelende Jeroen Slor (alley-oop van Monta McGhee) en een driepunter van Joey Schelvis zorgden voor een gaatje van negen punten (22-31). Maar Zorg en Zekerheid Leiden kon die weelde niet dragen en halverwege het kwart was het verschil nog maar twee (34-36).
Verdedigend had Leiden het behoorlijk voor elkaar. Sterspeler Elijah Palmer kreeg nauwelijks kansen en zou de eerste helft afsluiten met maar vier punten en een rebound. Zijn werk werd vooral overgenomen door Walls, die bij de rust elf punten had. De voorsprong was echter voor Leiden: 36-42. Drie man stonden toen al op tien punten: Jeroen Slor, Ronny LeMelle en Danny Gibson. Slor had bovendien al acht rebounds.
Met alleen Gibson en Kuijper op twee fouten was er vooralsnog geen vuiltje aan de lucht. Zorg en Zekerheid Leiden controleerde de wedstrijd en dwong Upstairs voordurende tot een achtervolging. 'We hebben erop gehamerd om voortdurend de basket van Weert aan te vallen en vooral Palmer. Dat ging goed. Hij maakte fouten en vanaf de lijn ging het geweldig', zei Van Helfteren later.
Palmer was bovendien licht gehandicapt. Zaterdag tegen Rotterdam schoot zijn linkerduim uit de kom en dat doet een dag of wat behoorlijk pijn en dan wil je wel wat voorzichtiger spelen. Maar als Leiden de andere ploeg is, praat je natuurlijk niet over blessures. Het was bovendien ook de verdienste van Zorg en Zekerheid dat Palmer finishte met de voor hem zeer ongebruikelijke cijfers van 8 punten en 6 rebounds. Tenslotte is hij nationaal topscorer (nu 21.3) en toprebounder (nu 10.3).
In het derde kwart liep het verschil zelfs op tot veertien punten bij 51-65. Upstairs kwam wel terug, maar dat kostte veel kracht. En toen de Limburgers een beetje in de buurt kwamen, gaf Leiden gas en schoot weer naar een verschil van tien.
Dat bleef daarna op het scorebord staan. Vooral omdat fouten maken geen zin had voor de thuisploeg. De vrije worpen gingen er namelijk op eentje na, allemaal in...
JAN VAN DER NAT