Het moest er natuurlijk gewoon van komen. Na drie teleurstellende resultaten in de Vijf Meihal en een opvallend goed on the road-record (3-0) in 2007, moest er  ook thuis weer eens worden gewonnen. Vooraf al leek Rotterdam daarvoor de ideale tegenstander. Het was tot nu toe tenslotte de enige ploeg, waarvan twee keer werd gewonnen. Die thuisoverwinning kwam er (70-59) en daarmee werd - voor het geval van gelijk eindigen - direct afgerekend met de ploeg uit de Maasstad.

De fotoreportage van Peter van der Velde vindt u onder Foto's

Is Zorg en Zekerheid een soort ‘Angstgegner' voor Rotterdam? Je zou het haast gaan denken, want een paar belangrijke spelers leken tegen de ploeg van Ivo Boom, zeker in Leiden, niet in hun element. Neem bijvoorbeeld Anthony Dill, de sterke Amerikaan in het team van coach Erik Braal. Hij pakte dan wel veertien rebounds, maar bleef steken op negen punten, precies de helft van zijn seizoengemiddelde. Arvin Slagter beet nog dieper in het stof met maar vier punten, vijf fouten en slechts één driepunter op zes pogingen, waar hij gemiddeld in het seizoen één op drie schiet.

Dat laatste was niet in de laatste plaats de verdienste van ZZ Leiden, dat prima stond te verdedigen op de mannen, die voor Rotterdam vooral van afstand gevaarlijk zijn. Net als twee dagen eerder tegen Woon! Aris werd daarmee voor een belangrijk deel de angel uit de ploeg gehaald. Wat Dill betreft kreeg ZZ Leiden redelijk de hand toegestoken van de Amerikaan zelf, want hij stond in de aanval soms schandalig te klungelen en verzilverde onder het bord maar drie van zijn elf pogingen.

Hij kon al die kansen krijgen, omdat ZZ Leiden weliswaar goed het lange-afstandsgevaar aanpakte door sterk uit te stappen en elke schotpoging aan te vallen, maar daardoor onder de verdedigende ring ruimte liet liggen en zelfs het reboundduel met 30-33 verloor. Drie-en-dertig aanvallende rebounds voor de tegenstander is natuurlijk veel te veel. Maar gelukkig ging Rotterdam er slordig mee om. Uit al die second chances werd maar twaalf puntjes gemaakt. Ter vergelijking: Leiden maakte veertien punten uit achttien aanvallende rebounds.

De eerste helft, die moeizaam op gang kwam, werd afgesloten op 26-27, een erg lage stand. En toch was het toen al een heel aardige wedstrijd. Dat kwam vooral door de intensiteit waarmee door beide ploegen werd gespeeld. Er werd gevochten voor elke bal, voor elke meter grond. Stevig basketball, dat door het prima leidende arbitrale trio (Zwiep, Harryvan en Toemeungte) werd geaccepteerd. Terecht, want het gebeurde over en weer. En zo lang spelers en coaches niet nadrukkelijk klagen, kunnen de teugels wat worden gevierd.

Het was tot de rust anybody's game, waarin alleen Rotterdam even een runnetje maakte van 0-8 (12-8 naar 12-16) en de vraag was welke ploeg de wedstrijd het eerst kon laten kantelen. Het antwoord kwam snel in de tweede helft. Rotterdam kon even uitlopen naar 28-31, maar een driepunter van Sjors Besseling - kreeg evenals Mick Burger een dikke plus achter zijn naam - leidde een periode in, die volledig werd beheerst door Zorg en Zekerheid. Vanaf die 28-31 werd het 47-35 met nog iets meer dan drie minuten te spelen in het derde kwart. De 1100 toeschouwers zagen een aantal heerlijke acties van met name Nick Curtis en Donald Wilson (foto) en een zeer gedisciplineerd spelende Shelton Colwell, die prima oog had voor zijn medespelers.

Maar er was op dat moment nog niets beslist, want ZZ Leiden hield voor de laatste tien minuten maar acht punten over van die voorsprong en dat is een marge, die simpel gedicht kan worden in zo'n slotperiode. Leiden zat echter in een flow en zag de overwinning al liggen aan de meet. Binnen drie minuten zat de wedstrijd dan ook op slot. JS Nash, die heel graag mooie acties wilde maken, maar te vaak verstrikt raakte in zijn eigen creativiteit met (acht keer) balverlies tot gevolg, scoorde 55-41 op aangeven van Johan Kuijper en brak daarmee het laatste verzet van Rotterdam.

Toen het werd gevraagd door ‘Vak L' stonden alle toeschouwers op, omdat ze voor Leiden waren, werd het - volgens de fanatiekste fans - helemaal niets voor Rotterdam en ook nog stil aan de overkant. Zorg en Zekerheid liep uit tot  maximaal 17 punten (61-44) en daarna was het alleen nog maar genieten.

Vooral voor Donald Wilson, die na een ongelukkige binnenkomst en een een aantal (door trainingsachterstand) moeizame duels, zijn belofte volledig waarmaakte. Hij werd topscorer met 21 punten en kreeg terecht een applauswissel. Nou ja, daarvan was niet veel te horen, want het publiek vierde al lang en breed de derde zege op Rotterdam.


Meer nieuwsberichten