LEIDEN - De kans bestaat dat er woensdagochtend ergens in Leiden of Groningen mensen zich bij het ontwaken in de wang hebben geknepen om er achter te komen of ze het niet allemaal hebben gedroomd. Wat er dinsdagavond in de Vijf Meihal gebeurde ging alles wat je je maar kunt voorstellen bij een basketballwedstrijd te boven.
 

Zorg en Zekerheid sleepte op ongelooflijke wijze een vijfde wedstrijd uit het vuur tegen GasTerra Flames door na verlenging met 90-88 te winnen. Wie de manier waarop echt zou kunnen beschrijven komt onmiddellijk in aanmerking voor de Pulizerprijs. Het slot van de vierde wedstrijd tussen de twee beste ploegen van Nederland (met alle respect voor WCAA Giants) kon niet verzonnen worden door de beste romanschrijver.

 

Dat wil zeggen, uitgaande van de Leidse situatie. Als je het van de andere (Groningse) kant bekijkt is het een heel ander verhaal. Als sommige sportgebeurtenissen 'voer voor psychologen' zijn, dan was dit voor die wetenschappers een vijfgangen diner in een driesterren restaurant.

 

Zeventien punten was het verschil in Gronings voordeel (56-73), toen het einde van het derde kwart naderde. En eigenlijk volkomen terecht, want GasTerra speelde prima in dat derde deel van de wedstrijd en bij Zorg en Zekerheid Leiden werd er slecht verdedigd, werden driepunters toegestaan aan Bostain en Dourisseau en gooide Monta McGhee drie ballen op rij weg. Dat wil zeggen: in Groningse handen voor een simpele score.

 

Na drie heerlijke duels leek het op dat moment gewoon over en uit. Menigeen zal zich hebben verzoend met het feit dat het een mooi seizoen was geweest en zou zich vermoedelijk snel over deze teleurstelling heen hebben kunnen zetten. Met de beker en een plek bij de beste vier van Nederland kon 2009-2010 namelijk niet meer kapot.

 

Plotseling bleek de honger van met name Monta McGhee en Danny Gibson nog niet gestild. Ze verlangen er natuurlijk naar om hun geliefden zo snel mogelijk in de armen te kunnen sluiten, maar een dag of wat later het vliegtuig in, ach, dat maakt ook niet meer uit. Na vijf vrije worpen van Seamus Boxley en Monta McGhee samen was er toch weer een sprankje hoop.

 

En eigenlijk kon je het al invullen als je de voorgaande duels had gezien. GasTerra Flames kan niet met een voorspong overweg. Dat was zo in wedstrijd twee, dat was zo in wedstrijd drie en dat was dinsdag niet anders. De vooral uit Amerikanen bestaande formatie zouden de betekenis van het woord 'to choke' moeten kennen.

 

In de Webster, zeg maar de Amerikaanse Van Dale, staat het omschreven als 'niet in staat zijn efficiënt te presteren door spanning of sterke emoties'. Of om het in goed Nederlands te zeggen: je staat te trillen als een rietje en je kunt niet omgaan met spanning en druk.

 

Dat kunnen omgaan met druk is natuurlijk redelijk nieuw voor GasTerra Flames. De overmacht in de gewone competitie was zo groot, dat er eigenlijk nooit de druk was een wedstrijd te moeten winnen. Voor Zorg en Zekerheid was dat anders. De ploeg van Toon van Helfteren moest regelmatig aan de bak om niet te worden teruggeworpen op de ranglijst.

 

Nu puntje bij paaltje komt blijken die stressvolle momenten uit de reguliere serie hun vruchten af te werpen. Waar GasTerra gaat 'choken', blijft Zorg en Zekerheid koel. Althans ogenschijnlijk, want van binnen zullen zich ongetwijfeld allerlei dingen afspelen. De Leidse ploeg heeft natuurlijk het voordeel dat in deze fase van het seizoen alles 'mag' en niet nog 'moet'. Dat is bij GasTerra anders, want als je je tevoren als doel stelt de bekerfinale te halen en kampioen te worden, dan leg je de lat behoorlijk hoog.

 

Het was, gezien de verhoudingen, natuurlijk geen gekke doelstelling. Maar nu, na het missen van de bekerfinale en in de halve finale tot het uiterste worden gedwongen, kan de stress niet uitblijven.

 

Coach Marco van den Berg kon geen echte verklaring vinden voor het wederom falen van zijn ploeg op de momenten dat er een redelijk geruststellende voorsprong op het bord stond. Hij kwam met 'een zeer knappe prestatie van Leiden', 'onervarenheid' en 'druk'. Logisch, want hoewel de Groningse coach zich, net als zijn grote voorbeeld Ton Boot, graag verdiept in de psychologie, had hij natuurlijk een kwartier na de wedstrijd geen passende oplossing klaar liggen.

 

Het was namelijk nogal wat om een in feite gewonnen wedstrijd nog uit handen te moeten geven. Met 'onervarenheid' had hij wel een punt. Zeker op het moment dat de wedstrijd in de slotfase kantelde door een fout met eroverheen een technische fout van Matt Bauscher. Dat laatste was heel erg dom, al mag je het de geblokte guard misschien ook weer niet helemaal kwalijk nemen op zo'n moment.

 

Feit was wel dat Monta McGhee vervolgens vier van zijn vijf vrije worpen (drie voor de fout tegen het driepuntsschot en twee voor de T-fout) maakte, waarna er op 82-82 verlengd moest worden.

 

Dat op zich was al een wonder na een duel, waarin Zorg en Zekerheid bij vlagen uitstekend speelde en waarin bijvoorbeeld Jeroen Slor misschien wel zijn beste wedstrijd van het seizoen speelde. Hij was steeds bereikbaar onder het bord en werkte daar vrijwel perfect af. Acht van zijn elf pogingen leverden punten op en een aantal keren zelfs met een bonus. Het was natuurlijk perfect dat hij - net als Johan Kuijper zaterdag - een hoofdrol speelde te midden van al het Amerikaanse geweld.

 

Hij compenseerde daarmee de aanvallende off-day van Ronny LeMelle, die defensief wel zijn mannetje stond en helemaal aan het einde, toen het dak er bijna afging, twee cruciale vrije worpen maakte, die aan alle onzekerheid een einde maakten.

 

Dat Zorg en Zekerheid in de extra tijd toesloeg, was niet zo verrassend meer. Ten eerste verloor de ploeg dit seizoen geen enkele keer na verlenging en daarnaast moest Marco van den Berg in de korte pauze de scherven bij elkaar vegen. In tegenstelling tot wat sommigen denken, brengen die niet altijd geluk.

 

Als je het over intensiteit hebt, waren de vijf minuten extra daar de overtreffende trap van. De eerste vier punten kwamen van Seamus Boxley, de noeste werker, die na afloop zijn emoties niet meer de baas was. De tranen van geluk liepen over zijn wangen. En dat mocht natuurlijk, want hij en zijn maten hadden een prestatie geleverd, waarvan een tweede voorbeeld in de vaderlandse basketballhistorie met een lampje gezocht moet worden.

 

Nu is het zaak die intens gelukkige momenten mee te nemen naar donderdag. Motiveren is natuurlijk niet nodig. 'Dat is sowieso het moeilijk dat er is voor een coach', doceerde Toon van Helfteren na afloop. 'In dit team zijn het de jongens zelf die voor de motivatie zorgen. Natuurlijk komen wij als technische staf met een plan voor een wedstrijd. Maar zij moeten het doen.'

 

'Het is het hart van Gibson en McGhee', vulde zijn collega Van den Berg aan. 'Deze ploeg gooit nooit het hoofd in de schoot. En daardoor is dit zo'n geweldige serie. Jammer dat het geen finale is.'

 

JAN VAN DER NAT


Meer nieuwsberichten