LEIDEN - WCAA Giants won de afgelopen weken een paar wedstrijden in de laatste seconde en deed dat zaterdag in de kolkende Vijf Meihal opnieuw: 75-73. Het zijn dit soort nederlagen, die extra pijn doen en helemaal als ze onnodig zijn. Iets meer zuiverheid vanaf de vrije worplijn in de laatste twee minuten en Zorg en Zekerheid Leiden was de winnaar geweest.

Zorg en Zekerheid Leiden kreeg in de laatste twee minuten zes vrije worpen, maar maakte er daarvan slechts twee. En dat terwijl er daarvoor negen van de elf waren gemaakt. Nadat Ronny LeMelle 73-73 had gemaakt stonden er nog 12.4 seconden op de klok. Genoeg voor Bryan Defares om te scoren en Leiden op te zadelen met een onmogelijke opdracht in nauwelijks drie seconden.

 

Het was een enorme domper na een wedstrijd, die bol stond van de spanning. Zorg en Zekerheid Leiden had twee prachtige runs van drie driepunters. Eerst in het tweede kwart (LeMelle, Grace en weer LeMelle) en daarna in de derde periode (Sas, Gibson en LeMelle). Het gaf op dat moment wat ruimte, maar de ploeg van Van Helfteren slaagde er niet in die een tijdje vast te houden. In no-time sloot World Class AA weer aan.

 

Neem die twee serie. Van 45-47 werd het daarmee 54-47, maar even later eindigde het derde kwart bij 57-55. Het vierde kwart werd vervolgens bloedstollend. De twee ploegen gaven elkaar geen duimbreed toe. 57-57, 63-63, 68-68 en 73-73 waren bijvoorbeeld de tussenstanden.

 

In zo'n slotfase moet je beslissingen nemen in een split-second. Had Leiden bijvoorbeeld een fout moeten maken op Defares? Wellicht. Hij had kort ervoor twee vrije worpen onbenut gelaten en ook al zou hij hebben gescoord vanaf de lijn, dan zou er wat meer tijd over zijn geweest voor een laatste poging van de thuisploeg. Maar ja, ga er maar staan in de enorme heksenketel, die de Vijf Meihal op dat moment was.

 

Want een heksenketel was het in de inmiddels veel te kleine hal, waar sinds zaterdag op een enorm led-scherm beelden, tussenstanden, wedstrijdcijfers en nog veel meer te zien is. Wie ook op een groot scherm kan kijken, maar dan thuis, is Steven Knijnenburg, de oudste zoon van bestuurslid Theo. Al een paar maanden stond er bij elke thuiswedstrijd een enorme televisie van de firma Overgaauw klaar voor degene, die een bal vanaf de middellijn in de basket zou gooien. Tot nu toe faalde iedereen. Maar zaterdag was het raak.

 

Het was een bijzonder moment, tussen het derde en vierde kwart, van een wedstrijd, waarin natuurlijk soms dingen niet goed gingen, maar die tot dan dertig minuten had geboeid en dat ook in de resterende tien minuten zou doen. You win some and you loose some, is een bekende uitdrukking in de sport en dat geldt zeker voor close games in het basketball.

 

Natuurlijk was het balen voor Zorg en Zekerheid Leiden en de fanschare, maar er zijn dit seizoen al meer van dit soort wedstrijden gewonnen dan verloren. Afgelopen week nog tenslotte was Leiden op soortgelijke wijze winnaar in Den Bosch. Zuur alleen dat het voor de tweede keer tegen WCAA Giants in de Vijf Meihal gebeurde.

 

De eerste keer kwam dat omdat er niet goed werd gerebound in de laatste periode. Dat onderdeel van het basketball was nu dik in orde, want Zorg en Zekerheid Leiden pakte met 35 stuks tien rebounds meer dan de Brabantse opponent. Er werd WCAA maar een handjevol aanvallende terugkaatsers gegund en dat was vooral het resultaat van een vaak prima functionerende verdediging.

 

Daarbij was ook een belangrijke rol weggelegd voor Conor Grace. De Ier slaagde op dat punt absoluut voor zijn eerste 'examen' in de Vijf Meihal. Hij maakte daarnaast twaalf punten en haalde in totaal een mooie voldoende. Je moet in het begin altijd een beetje voorzichtig zijn, maar Zorg en Zekerheid lijkt veel plezier te gaan krijgen van Grace.

 

Net als bij de West-Brabanders bleef ook bij Leiden het aantal aanvallende rebounds onder de tien steken. Dat had natuurlijk te maken met de afwezigheid van Monta McGhee en met het optreden van Seamus Boxley, die niet, zoals vaak, zijn stempel op de wedstrijd kon drukken.

 

Maar ja, je kunt niet altijd op de toppen van je kunnen spelen. Vraag het aan Ronnie LeMelle, die 'het' tegen Upsatirs een week eerder niet had, maar zaterdag goed was voor 21 punten, waarvan twaalf uit vier driepunters. Die kunst verstaat Conor Grace overigens ook, want hij knalde er twee binnen vanuit 'downtown' en was daarnaast vanaf de vrije-worplijn foutloos met 4 op 4.

 

Toch was het logisch dat Ronny LeMelle naar voren stapte om de twee vrije worpen te gaan nemen na de trechnische fout van WCAA-coach Erik Braal. Grace had daaraan voorafgaande zijn 'eigen' twee maal benut, maar LeMelle is nu eenmaal met dik tachtig procent de beste vrije-worpenschutter van de ploeg.

 

En ja, dan is het wel eens een keertje minder. Dat kan. Zeker in een wedstrijd als deze, waarin het eigenlijk voortdurend ging om details en waarbij na afloop een keer of vijf de 'als'-vraag kon worden gesteld. Maar 'als' telt niet in de sport.

 

Met tussendoor de bekerdubbel tegen EiffelTowers, krijgen Zorg en Zekerheid de komende drie weken te maken met Amsterdam, Rotterdam en Zwolle. Ploegen uit de staart van de ranglijst. Natuurlijk kan, mag en zal er geen sprake zijn van onderschatting, maar het komt - in het licht van de blessure van McGhee - niet slecht uit.

JAN VAN DER NAT


Meer nieuwsberichten