LEIDEN - Dankzij een zwaarbevochten overwinning op Den Helder (87-82) en de nederlaag van Upstairs Weert tegen Hanzevast Capitals is Zorg en Zekerheid terug op de achtste plaats. De wedstrijd had weliswaar een aantal mooie momenten, maar was over het geheel genomen beneden het niveau dat verwacht mocht worden. Vooral verdedigend was het vaak slordig, waardoor Den Helder steeds weer een achterstand kon goedmaken. In het vierde kwart leek het zelfs mis te gaan, toen het 61-66 werd. Toen echter stond het publiek letterlijk op en sleurde de ploeg door de wedstrijd heen.

Binnen de lijnen nam vooral David Chiotti (foto) die taak voor zijn rekening. De Amerikaanse center staat gemiddeld in het seizoen bijna op een double double (14.6 punten en 9.5 rebounds) en toonde zich voor de zoveelste keer een typische blue collar worker onder de borden: niet lullen, maar poetsen. Zijn 20 punten werden weliswaar net overtroffen door Donald Wilson en Steve Ross (beiden 22 punten), maar de zes aanvallende rebounds van Chiotti waren superbelangrijk. De echte waarde van een speler in een wedstrijd blijkt uit het effectiviteitscijfer, dat verkregen wordt na het optellen van alle positieve zaken en het aftrekken van de negatieve dingen. Chiotti kwam tegen Den Helder uit op 30, een totaal dat hij maar twee keer dit seizoen overtrof.

Coach Ivo Boom kan eenvoudigweg niet méér vragen van zijn center, die - als hij tenminste de traditie in stand wil houden - het scheermes weer over de kin moet halen. Voor Zorg en Zekerheid is het van groot belang dat de komende weken die kin glad blijft, want de ene zwaluw tegen Den Helder betekent nog lang geen zomer. Komende zaterdag in Leeuwarden en volgende week dinsdag tegen het door de kniekwetsuur van Grünheid opnieuw aangeschoten wild van Hanzevast zou deze zege een vervolg moeten krijgen.

Ivo Boom realiseerde zich na afloop terdege dat er nog heel veel werk aan de winkel is en dat alle zes zijn kernspelers goed moeten zijn, willen er echte winstkansen zijn. Misschien ook wel tegen wat hoger ingeschatte tegenstanders. Na zijn uitstekende wedstrijd tegen Landstede was Nick Curtis bijvoorbeeld dit keer wat flets. JS Nash gooide het spel in de aanval te weinig open, waardoor Den Helder zich vaak op één kant van het veld kon concentreren. Er werd wel veel van hem gevraagd, want Vincent Krieger was zo kort na de inspanningen in Zwolle fysiek niet honderd procent.

De schutterij deed daarnaast een prima job. Wilson en Ross gooiden er samen zeven driepunters in, beiden tegen vijftig procent. Vooral de Canadees liet zien hoe een echte schutter zich gedraagt. Iedere speler, hoe goed ook, mist regelmatig. Dat kan niet anders. Maar echte schutters, zoals Ross, weten dat de volgende bal er gewoon wel ingaat. Zelfvertrouwen heet zo iets.

Individueel was het dus voor een groot deel bestin orde, maar als ploeg ging het te vaak mis. Met name in de verdediging werd er niet voldoende gecommuniceerd. Het gevolg was dat vooral Bradley Strickland en na de rust J.R. Duffey (31 punten) de ene dunk na de andere konden maken en dat ZZ Leiden er maar niet in slaagde om de hekkensluiter van de eredivisie van zich af te slaan.

Basketballwedstrijden worden meestal niet van afstand, maar onder het bord gewonnen en daar was het druk in de Helderse verdediging. Vooral omdat de transitie naar de aanval bij ZZ Leiden veel te traag verliep. In zijn videovoorbereiding had Boom nog laten zien, dat Den Helder graag de eigen bucket vol zet met spelers om zo het bereiken van de basket moeilijk te maken. En inderdaad riep coach Peter van Noord herhaaldelijk naar zijn spelers: ‘Fill the Paint'.

Er moest dus gebuffeld worden, omdat ZZ Leiden keer op keer de weelde van een voorsprong niet bleek te kunnen dragen. De 41-34 bij de rust was bijvoorbeeld binnen een minuut verdwenen en ook later was een gaatje van een punt of vijf niet aan de ploeg besteed. Dan roep je dus het onheil over jezelf af. En dat deed Leiden. Een driepunter van Duffey bepaalde de stand na het derde kwart op 61-63 en door eentje van Mitchel Kouwijzer direct na de korte pauze werd het zelfs 61-66.

Maar tot hier en niet verder was toen het antwoord van het Leidse publiek, dat op de doordeweekse dinsdag met ook nog eens slecht weer er toch weer met een mannetje of acht-, negenhonderd was. Als de ploeg ze nodig heeft, staan ze letterlijk op. Zo ook nu. En het lawaai moet tot ver in de omtrek te horen zijn geweest. Je zag de spelers onmiddellijk opveren, alsof ze zeggen wilden: jullie kúnnen we niet in de steek laten.

Gemakkelijk ging het niet en Leiden was Den Helder dankbaar voor weinig persoonlijke fouten in het kwart, zodat de tijd stoppen door fouten te maken geen zin had. De bal ging immers naar de zijlijn. Dat gaf ZZ Leiden de rust die nodig was.  Van Noord nam nog een time-out, maar hij kreeg de Vijf Meihal niet meer stil...

JAN VAN DER NAT


Meer nieuwsberichten